Soms krijgt lesgeven in een ziekenhuis een andere invulling dan het aanleren van vaardigheden of de overdracht van kennis. Wat kun je doen als de komst van jou als leerkracht/consulent wel gewenst is?
Rond de klok van tienen ligt de veertienjarige Mara al helemaal klaar. Op deze tijd krijgt ze les. Zoals iedere dag is ze mooi aangekleed en liggen haar golvende lokken uitgespreid over het kussen. Mara heeft een zwaar beschadigd brein ten gevolge van een operatie voor een hersentumor. Zij kan daardoor niet meer zien en het is niet duidelijk of ze me kan begrijpen. Met haar moeder besprak ik dat ze een vorm van les krijgt. Het enige contact dat mogelijk is, verloopt via kleine handkneepjes, aldus moeder. Ik voel ze niet, moeder wel. Moeders weten en voelen nu eenmaal meer.
Na wat vragen van mijn kant over de liefhebberijen en voorkeuren van Mara kom ik samen met haar moeder tot het idee dat ik het verhaal en de muziek van Mozarts opera “Die Zauberflöte” zal laten horen. Anderhalve week lang gaan we met grote stappen door het verhaal. Het “pa, pa, pa” van Papageno op zoek naar zijn Papagena, Tamino die in de spiegel het portret van zijn geliefde denkt te zien en de wraaklustige zeer hoge noten kwelende Koningin van de nacht, schallen door de ziekenhuiskamer. Alle virtuoos door Mozart geportretteerde figuren komen voorbij. Iedere ochtend genieten Mara, haar moeder en ik van dit intieme moment van verbinding via muziek. Uiteindelijk gaat Mara naar huis. Daar is ze twee maanden later overleden.
De vraag naar het nut van deze les stel ik mij niet. Er was de schoonheid van de muziek, de nabijheid en de verbinding. En de trots en dankbaarheid van een moeder die weet dat haar kind ook in een schijnbare contactloze situatie serieus werd genomen en meetelde.